Een SJP -Proef bestaat uit drie gestandaardiseerde gedrag – en gehoorzaamheidsproeven (A tot en met C) en zeven gestandaardiseerde apporteerproeven (D tot en met J).
Een SJP-proef is vergelijkbaar met een Clubdiplomadag maar er wordt voornamelijk gewerkt met koud wild en niet met dummy’s.
Proef A: Aangelijnd en los volgen
Proef B: Uitsturen en komen op bevel
Proef C: Houden van de aangewezen plaats
Proef D: Apport te land (dummy)
Proef E: Apport uit diep water (foameend)
Diploma B:
Proef F: Verloren apport te land
Proef G: Markeerapport te land
Proef H: Apport over diep water
Diploma A:
Proef I: Dirigeerproef te land
Proef J: Apport van verre loper over breed water
Het doel van de SJP-proef is primair de mate van perfectie en het niveau van de opleiding voor het werk na het schot van de deelnemende honden vast stellen door middel van een formeel examen aan de hand van gestandaardiseerde gedrag – en gehoorzaamheidsproeven en gestandaardiseerde enkelvoudige apporteerproeven.
De proeven worden uitgezet en gekeurd volgens het ORWEJA-reglement Jachthondenproeven.
Het ORWEJA-reglement Jachthondenproeven kunt u downloaden via de Orweja site.